Toen in 1933 Hitler aan de macht kwam in Duitsland wisten vele linkse intellectuelen dat het tijd was hun thuisland te verlaten. Ook de Joden werden eens te meer het mikpunt van de “Blut und Boden”-ideologie van de Nazi’s.
Zo verhuisde ook Otto Frank, nochtans van Duitse nationaliteit, met zijn gezin naar Amsterdam, betrok er een pand aan de Prinsengracht en vestigde er zijn bedrijf “Opekta”, waar men “pectine” vervaardigde, een stof om zelf confituur te maken.
Als dan in 1942 de razzia’s tegen de Joden begonnen, besloot hij met zijn vrouw en twee dochters en nog enkele Joodse vrienden op 6 juli onder te duiken in het leegstaand gebouw achter de kantoren. Op een paar kamers zaten daar twee jaar acht mensen 24 uur op 24 opgesloten, geheel afhankelijk van de hulp van enkele getrouwen van buitenaf, tot ze op 4 augustus 1944 dan toch verraden werden en weggevoerd naar verschillende concentratiekampen.
Vader Otto Frank was de enige die deze kampen overleefde en na de oorlog, een beetje als bij toeval, in het verlaten “Achterhuis” het dagboek terugvond van zijn jongste dochter Anne.
Eerst terughouden, maar later overtuigd geraakt van de literaire kwaliteiten van het werk, ondernam hij alles wat in zijn macht lag om het dagboek te laten uitgeven. Dat lukte uiteindelijk in 1947.
Voor God en den Evenmensch speelt de originele versie van dit toneelstuk in een vertaling van Mies Bouhuys en regie van Dirk Meul. Lotte Vereecken van onze jeugdgroep “Kinderkunst Veeg!” speelt de rol van Anne Frank. Voor haar zus Margot en vriend Peter van Daan werden uit “Overstekend Wild” Pauline De Schepper en Tom Borghgraef gekozen. Voor de overige rollen konden we een beroep doen op vele oudgedienden (Hilde Verhoeven, Veerle Cosyns, Karolien Dauwe, Ivan Mettepenningen, André Fobe en Tjen De Munck). Gastacteur Piet Van Bouchaute speelt de rol van vader Otto.
Een stuk dat u diep zal ontroeren.
Tickets kan u bestellen via deze link.
